dinsdag 22 november 2011

NL, AD 2011

In het 3e en 4e jaar van de opleiding die wij verzorgen, sluiten onze leerlingen voor een gedeelte hun studie af met projecten die ze in hun stagebedrijf aangeboden krijgen. Een win-winsituatie. De leerling leert veel in zijn toekomstige werkomgeving en het bedrijf heeft nut van de stagiair en wat hoofdpijn minder. Dit loopt goed. Bedrijven tevreden, school tevreden, leerling tevreden. Hoogstwaarschijnlijk zal Toos van Verstandsverbijsteringsveldt en haar KGB-troepen nog wel wat te zaniken hebben, maar daar gaan we even aan voorbij. Zoals gesteld, het loopt goed of althans bijna goed. 70% Van de leerlingen werkt er met genoegen aan. 30% Zit eigenlijk min of meer onterecht in het 3e of 4e jaar. Of ze hadden een moeder die goed kon zeuren, of wij waren te slap in onze beoordelingen in jaar 1 of 2, of ergens anders is een fout gemaakt. Van die 30% heeft de helft het probleem dat de opleiding 'te zwaar' is, dus die moeten we er met extra energie doorheen slepen, want wij zijn uiteindelijk verantwoordelijk dat ze zo ver gekomen zijn. De andere helft bestaat uit 'lamzakken en aanverwant gespuis die eigenlijk slim genoeg zijn, maar gewoonweg geen energie in hun opleiding willen steken'. Dreigen, mentaal martelen, omkopen, beledigen, provoceren, krenken, alles is geoorloofd om deze groep naar een diploma te drijven. Uiteindelijk win ik toch altijd.
Van de week zat er weer een, nadat ik allerlei onverantwoorde didactisch-therapeutische trucs had uitgehaald, nog steeds te lammetakken. Op het laatst vroeg ik hem:'Wat wil je nou eigenlijk? Wil je net zo eindigen als ik?' Hij keek verschrikt op en bracht stotterend uit: N N N Nee! Ik antwoordde hem dat hij dan eindelijk iets moest gaan doen en zowaar ... hij ging aan het werk. J J J JA als antwoord was trouwens ook goed geweest, want dan had ik hem hetzelfde advies gegeven.