dinsdag 29 juni 2010

Dzjekz

Ik zat in café Dzjekz. Café Dzjekz is een redelijk mooie kroeg. Het heeft desalniettemin 3 problemen: de eigenaren: Dzjek de Vries (de bekende farizeeër, ex-spindokter), Dzjek van Gelder (onderkruiper, huichelaar, likker) en Dzjek Spijkerman (hypocriet, mislukt grappenmaker).
Bij binnenkomst krijg je meteen zo'n misselijkmakende correcte hand van Dzjek 1: schudt de hand, maar houdt met de andere hand jouw bovenarm vast en kijkt je met zijn breedkikkerbek grijnzend aan. Maar goed, je bent netjes opgevoed en slaat hem niet meteen bewusteloos. Toch enigszins aangeslagen wankel je naar de bar en daar hoor je Dzjek 2 voor de zoveelste maal een van zijn flauwe grappen maken. Helaas staat hij achter de bar en moet je bij hem bestellen. Omdat deze media-terroristen menen hun wetenswaardigheden kenbaar te moeten maken, staat er elke avond wel iets op het programma. In de wintertijd vertelt Dzjek 2 allerlei grappen en grollen, waar alleen zijn directe entourage -gedwongen- om moet lachen. In de lente en herfst geeft Dzjek 1 zijn cursus hypocrisie en huichelarij in de hedendaagse kommunikaatsie voor zeer vergevorderden en in de zomer martelt Dzjek 3 zijn toehoorders met zijn sporttalkshow. Zo ook vandaag en morgen en overmorgen en gisteren en eergisteren en Dzjek 3 blijft maar doorgaan zolang hij met zijn onderkruipershoofd maar in beeld is. Het houdt maar niet op. Het maakt niet uit waar het over gaat. Alle Dzjeks vinden zichzelf het belangrijkst en publiek is alleen een middel. Dzjeks sporttalkshow handelde deze keer over de verdiende 16 - 3 nederlaaag van het Nederlands 11-tal tegen de superieure Brazilianen. De gasten aan tafel (allen specialisten!) raakten maar niet uitgepraat over de suprematie van de Brazilianen, maar Dzjek (zoals altijd) plaatste weer een van zijn buitengewoon infantiele opmerkingen, waarvan het enige doel is dat ze naar hem leiden: 'en heren, die nipte overwinning van de Brazilianen was uiteindelijk misschien wel verdiend, maar wat denken we van die fantastische ingooi van Van der Vaart in de 28e minuut' (daarna volgt het fragment 4 x herhaald vanuit diverse hoeken). Nu zit Dzjek 3 op zijn stokpaard, zijn kale hoofd begint te glimmen: hij had het gesprek weer indirect naar Ajax en Amsterdam en zichzelf getrokken en daar gaat het bij Dzjek altijd om. Dzjek 2 (grachtengordel) viel hem meteen bij. Ja, bij die ingooi, vielen al die middelmatige aanvallen van die gemene Brazilianen in het niet.
Ik besloot weg te gaan. Ik kreeg nog een kleffe kommunikaatsiehand van Dzjek 1 en wandelde de volgende kroeg in. Het RTL-café. Hier zaten ook weer allerlei mensen die het niet over voetbal hadden, maar met zichzelf bezig waren. Waarom is er hier geen normaal voetbalprogramma, zoals bijvoorbeeld op de BBC of bij de sympathieke moffen? Waarom lopen hier tegenwoordig allemaal van die zelfingenomen typetjes rond? Ik durf het eigenlijk niet op te schrijven, maar ik verlang tijdens een EK of WK toch wel weer naar wat ouderwets Barend en Van Dorp-gezwets. Inderdaad ... een mens kan diep zinken.

zondag 27 juni 2010

Rattus Norvegicus

De bruine rat is een intelligent en sociaal dier dat een groot aanpassingsvermogen heeft. Een voorbeeld hiervan is dat het dier zogenaamde tradities kent. Dit houdt in dat bepaalde populaties sterk afwijkend gedrag en afwijkende eetgewoontes en zelfs jachttechnieken kunnen vertonen in vergelijking met andere populaties, die van generatie naar generatie overbrengen. Dit schijnt opmerkelijk te zijn voor kleine zoogdieren en is meestal geografisch bepaald.

Ratten leven in kleine sociale groepen, bestaande uit een dominant mannetje, een harem vrouwtjes en enkele ondergeschikte mannetjes. Deze groepen kunnen zich vaak samenvoegen tot grotere kolonies. Dieren uit dezelfde groep leven vreedzaam naast elkaar, vreemdelingen worden door mannetjes verjaagd, soms zelfs gedood. Grote kolonies zijn toleranter tegenover vreemdelingen dan kleine. De hiërarchie binnen een groep bepaalt wie mag paren en eten. De dieren communiceren met elkaar via piepende, fluitende en gillende geluiden, maar ook met ultrageluid. Vrouwtjes met jongen laten zelden andere ratten in hun nest, alhoewel sommige kolonieleden worden getolereerd. Bron: Wikipedia

Een paar weken geleden is het grote spel (deel 1) weer begonnen: de formatie, ofwel anders geformuleerd: Wie is de Rat? Een spel, speciaal ontwikkeld voor politici die hun eigen ego nog een extra beurt willen geven. Voorlopig is Gauleiter W. (tijdelijk?) buitenspel gezet door de katholieke rat Verhagen: knap gedaan! Aan de andere kant heeft de katholieke rat zich enigszins buiten de orde gesteld door allerlei omtrekkende bewegingen te maken en zich te bescheiden op te stellen (gedrag een rat onwaardig dus). De socialistische rat Cohen speelt het tot nu toe goed; hij heeft zijn territorium goed afgebakend en heeft de groene rattin Halsema en het opportunistische ratje Pechtold al zo'n beetje klem. Blijft over de liberale rat: hij is de grootste en de sterkste; hij kijkt verbaasd om zich heen. Waarom ben ik de baas nog niet? Moet ik echt gaan samenwerken met de socialistische rat? We zullen zien. Vandaag begint deel 2.
Als toegift nog een nummertje van de moderne langspeelplaat Rattus Norvegicus van de Stranglers (beatorkest eind jaren '70, begin jaren '80): http://www.youtube.com/watch?v=3H1r01yk-l8

woensdag 23 juni 2010

A.D. 2010


Mijn dochter had recht op een nieuwe telefoon. Het moest een Blackberry zijn, dan kon ze fijn pingen met andere Blackberry-eigenaars (de aaifoon schijnt inmiddels hopeloos uit te zijn). Zo'n telefoon wordt met de vrachtpost gebracht en daar moet voor getekend worden. Het is niet duidelijk wanneer het object wordt gebracht. Dat zijn spannende dagen, weet ik uit ervaring. Tegenwoordig kun je de bestelling 'volgen' op het Heilige Internet. Zo gezegd, zo gedaan. De mededeling was: 'Zending is voorgemeld.' Wat betekent dit? Weer iets dat verzonnen is door de gehate en overbodige groep mensen die ik wel vaker duid met spretsjiet-terroristen. Maar goed, een hedendaagse jongere windt zich hier niet over op en gaat naar www.goeievraag.nl. Bestaat dus echt!

Hieronder staat het antwoord en 'antwoordman' (bestaat ook echt) krijgt ook nog een compliment. Zie laatste alinea.

Nooit verwacht dat ik dit toch een beetje normaal zou vinden.

dinsdag 22 juni 2010

Temperament-disregulatie


Ik wilde niets schrijven vandaag. Er was geen sprake van irritatie, het was een gewone dag in mijn droeve bestaan. Ik zat naar de treurnis te kijken die het Franse 11-tal heet, de radio staat aan. Het is goed zo ... niets aan de hand. Het nieuws van 17.00. In een flard hoor ik bovenstaand bericht. Ik ben verbaasd, ik kan het niet geloven. Ik ga op Teletekst op zoek en op pagina 114 of zo tref ik het bericht aan. Geen paniek, geen gedoe, het land kabbelt voort.
Er verdwijnen banen in de zorg omdat er een tekort is van 30 miljoen. Niet omdat er minder zieken zijn of omdat de stad Maastricht cum annexis is gebombardeerd en er geen overlevenden meer zijn, niet omdat iedereen bij decreet door Gauleiter Wilders gezond is verklaard. Nee, er is een financieel tekort! Hoogstwaarschijnlijk is er daar geen tekort aan managers en spretsjiet-terrorristen die wel hun overbodige baantje zullen behouden. Toch (onverwacht, maar altijd welkom) weer een temperament-disregulatie vandaag, deze keer met disforie (zie ook 21 februari).

maandag 21 juni 2010

Miracles


Bovenstaande dames heten de Jackson Sisters (geen familie van de geperverteerde beroemde familie). Bovenstaande dames terroriseren mijn brein al weer sinds 10 mei met hun liedje 'I believe in Miracles', een onbekend, maar vrolijk souldeuntje uit 1976. Zoals wel vaker blijft het deuntje maar hangen (soms denk je dat het weg is, maar dan duikt het onverwacht na een paar dagen weer meedogenloos op) en dus moeten andere mensen er ook maar slachtoffer van worden. Gelukkig hebben ze maar een plaat gemaakt, zodat ze mij -theoretisch gezien- maar met 10 liedjes krankzinnig kunnen maken. Hieronder de link naar het grappige joetjoebfillumpje en daar weer onder een recensie van hun enige moderne langspeelplaat (en die is dan weer bedoeld voor de muzikale heropvoeding en ter emancipatie van de soul, zie ook 13 juni jongstleden)
http://www.youtube.com/watch?v=g26e89xV1HU
Review by Tim Sendra
This incredibly rare record from the Jackson Sisters is highly sought-after for the mid-'70s soul classic "Miracles." One listen to that track will tell you why as it is funky soul at its finest, sounding like a Jacksons cut from the same era. The youngest of the Jackson Sisters takes most of the lead vocals on the song. She sounds uncannily like a young Michael Jackson. It truly lives up to its classic status. The rest of the album is very good soul with a mix of up-tempo groovers, bubblegummy soul, and ballads. Many of the songs were written by soul vet Johnny Bristol, who turns in what should have been a big smash with the cute and bubbly "When Your Love Is Gone." The Sisters also cover some classics, turning in a disco-fied "Why Do Birds Fall in Love" and a fast and loose take on Aretha's "Rock Steady." Jackson Sisters is about as much fun as you could hope '70s soul could be. It's not hard to see why this is their only album -- there were no hits. It really is too bad though; they could have made more great records. allmusic.com

zondag 20 juni 2010

Inspectie (deel 103)


Terwijl Meisje Marja van Verstandsverbijsteringsveldt geen echte schade meer kan aanrichten, razen de commandotroepen van de diverse inspecterende instanties nog steeds door het land. Vergezeld door een lid van de Tweede Kamer kwamen ze afgelopen week, tegen onze zin, ook weer een razzia houden. Eigenlijk wilden we ze eerst niet binnen laten; de leerlingen zaten namelijk in de laatste week voor de proefwerkweek en we wilden het onderwijs prioriteit geven. Foute gedachte! Niets mee maken! Vanuit het ministerie en het College van Wanbestuur, werd wel even doorgedrukt dat de KGB toegang moest worden verschaft. We kwamen er goed vanaf (opluchting alom), op de rest van de ROC's bleek het een puinhoop te zijn. Na de eerste blijheid, volgde alweer de harde realiteit. Het feit, dat het op andere ROC's nog niet deugt, betekent weer dat er nog meer regels en ellende over ons uitgestrooid zullen worden. We wachten in angst af. Inmiddels gaan we wel verder met een nieuwe aflevering van de Blikkenpers: de mennekes ontwikkelen zelf een apparaat om (bier)blikjes te persen (zie foto). Mag eigenlijk niet (een BOL-4der mag eigenlijk niets maken, maar alleen ontwikkelen), maar we doe het dus wel. Daarom waren onze leerlingen ook zo tevreden, heren en dames van de inspectie. Begrijpen we dat nu een beetje? En ... graag even wegblijven de komende tijd; ga maar wat spretsjietjes invullen, ook leuk.

donderdag 17 juni 2010

Kulturstadt


Dit is een afvaardiging van het Hongaars Katholiek Vrouwengilde (afdeling Miskolc). Deze vrouwen zijn makkelijk herkenbaar: ze zien er sportief (maar enigszins gedateerd) gekleed uit, hebben vrijwel allemaal 2 tassen bij zich (1 tas met daarin wat een vrouw altijd denkt mee te moeten zeulen en 1 tas met voedsel en een flesje water, zodat zij niet zullen sterven tijdens dit gevaarlijke uitstapje), 1 digitaal fototoestel. Ze wegen allemaal tussen de 93 en 110 kilogram (een voorwaarde om lid te mogen zijn van het Vrouwengilde). Ook andere afdelingen trekken door de stad, zo ook schoolklassen marcherende jongeren onder leiding van een verwarde docent en niet te vergeten nog wat Chinese toeristen. Ze zijn allemaal op zoek naar cultuur. Helaas kunnen ze dat (nog) niet vinden. Op de foto is te zien dat de afdeling Miskolc, na 11 keer radeloos het zelfde rondje te hebben gelopen, verdwaasd om zich heen kijkt: 'Pecs is toch kultuurstad van Europa? Er is niets te zien: we zien alleen maar bouwputten, opengebroken wegen, arbeiders die op hun schoppen leunen. Daarnaast horen we slijp- en boorgeluiden. Kortom: zitten we wel goed? Zijn we toevallig een jaar te vroeg?'
Neen dames, jullie zijn niet te vroeg. In Pecs zijn ze (zoals wel vaker) te laat en bovendien is een groot gedeelte van het geld verdwenen (zoals altijd). Desalniettemin was het een mooie dag.

woensdag 16 juni 2010

Boekverkoper


Tot mijn 30ste heb ik altijd boeken van mijn verjaardagsopbrengst gekocht. Daar werd ik blij van. Met gemiddeld zo'n 200 gulden toog ik dan, licht opgewonden, naar boekhandel Van P., toen nog gevestigd op de hoek van de Kerkstraat en de Rechtestraat. Meestal had ik wel 3 of 4 titels in m'n hoofd; die werden apart gelegd. Daarna ging ik naar de hoofdboekverkoper. Een gedistingeerde man in een pak en een sikje. Hij wist wel zo ongeveer wat mijn smaak was en daarnaast kon hij aflezen uit de keus van de 3 of 4 boeken hoe het met mijn geestelijke gesteldheid was. Hij hield de literatuur goed bij en kwam altijd met onverwachte adviezen. Fijne momenten dus.
Daarna verhuisde boekhandel Van P. naar een groot winkelcentrum en na verloop van tijd verdween de hoofdboekverkoper. De winkel was inmiddels 6 maal zo groot en er stond 4 maal zo veel personeel, maar er was niemand met enig verstand van boeken. Het personeel bestond uit herkauwende koeien met de intelligentie van een schaap, of omgekeerd. Wegblijven dus.
Er is ook nog een andere boekhandel in de middelgrote wereldstad E.: boekhandel S.
Als ik een boek ga kopen en ik zie niets liggen wat mij bevalt, dan ga ik af op de titel en de omslag. Bovenstaand boek vond ik in boekhandel S. De eigenaar is ook zeer belezen.
Mooie omslag, interessante titel, Bezige Bij. Even doorbladeren, paar zinnen lezen ... hmm, kan wel wat zijn. Ik vroeg aan de eigenaar: 'wat vind je van dit boek?' 'Ik ben er in begonnen en het was echt fantastisch, maar ik heb het nog niet uit.' Als je dit bijna standaard antwoord krijgt bij boeken die hij niet heeft gelezen, dan koop je het boek op eigen risico. Maar goed, ik ben er toch weer ingetrapt; gekocht dus. Onleesbaar, maar eigen schuld.

maandag 14 juni 2010

Bami


Dit is ijssalon La Toscana aan het lelijkste plein ter wereld. Dit plein ligt buiten de rondweg en dus is het altijd oppassen. Men verkoopt hier uitermate vies ijs, maar af en toe nemen we er toch een. Het leukste van heel deze operatie is het ijsje opeten op het terrasje voor deze salon. Je hoort interessante gesprekken. Stel hierbij voor dat het onderstaande gesprek wordt gevoerd in hedendaags Gestels van buiten de rondweg.
'De latste tijd it ik keiveul bami'.
'Oooh, en war haldi gij die dan ... hier tegenoveh?
'Neeh, ergens verder op de Hogstrat en witte war ik hillemoal keigek van wor?'
'Neeeh?'
'Da der de inne keer wel un gebakkuk ei op zit en de andre kir nie, zoude gij dar niet keigek van worre?'
... geen antwoord
Daarna ging het gesprek verder over de inboedel van de buurman: stond te veel luxe binnen gerelateerd aan zijn inkomen.

zondag 13 juni 2010

Ball of Confusion


Ball of Confusion zou ook de naam kunnen zijn van die nieuwe WK-bal, maar het is de titel van een liedje van Undisputed Truth. Vroeger was het allemaal tamelijk simpel. Je had 'soulkikkers'; die zaten in de Carlton of Club 67 op de markt, dan had je nog een forse groep mainstream Top 40 publiek, die zaten thuis of op het Stratumseind en de jongeren die zich in de underground waanden en die zaten dan in de Poort van Kleef of de White Horse (ook aan de markt). De laatstgenoemde groep luisterde vaak naar psychedelische muziek of in vroegere tijden naar jazz. Er was een duidelijke scheiding van geesten: je liep niet zo maar van de Poort van Kleef, Club 67 binnen.
Wat maar weinig mensen wisten in die tijd was dat er ook echte negers bezig waren om de soul met de psychedelica te mixen, de zogenaamde psychedelic soul. Het enige bekende soul-orkest dat met een psychedelic soul langspeelplaat wist te scoren, was The Temptations (Masterpiece, 1973, met de hit Law of the Lands). Dit nummer was dus zo'n beetje het 1ste nummer dat in alle 3 bovengenoemde geledingen zonder opstand gedraaid kon worden: Top 40, soulkikkers, psychedelica.
Hierboven een fillumpje van Undisputed Truth met Ma van hun meesterwerk Higher than Higher, waarop ook het ultieme psychedelic soulnummer Ball of Confusion en dat staat dan weer hieronder, maar dan met een fillumpje zonder beweging (duurt ruim 10 minuten, maar wel genieten).
http://www.youtube.com/watch?v=dnjfw6TEBPY
En voor de volledigheid dan nog even Law of the Lands van The Temptations.
http://www.youtube.com/watch?v=xP71jnIy6Ek

vrijdag 11 juni 2010

Polgarmeister


Polgarmeister is de Hongaarse benaming voor burgemeester. In het verre en verwarde Hongarije staat ons huis naast dat van de burgemeester. De burgemeester is een enigszins norse n0-nonsense boer, die daarnaast ook nog een functie heeft in de plaatselijke coöperatie. Een burgemeester in H. is een van de dorpelingen en wordt gekozen. De burgemeester heeft ook wat macht, bijvoorbeeld om te bepalen wat er op August husz (20 augustus, nationale feestdag) gebeurt in het dorp. Dat kan een gezamenlijke eetpartij, gevolgd door een optreden van een komiek (Hongaren kunnen daar erg om lachen) en daarna dansen op het geluid van een orkestje zijn. Er wordt dan stevig gedronken. Ook kan er bij een ander dorp op bezoek gegaan worden. De hele bevolking (plusminus 250 man en vrouw, ik weet niet of de zigeuners uit het dorp mee mogen) wordt in bussen gepropt en aldaar wordt een programma afgewerkt. Een aantal jaren geleden had men zich drankmatig misdragen tijdens zo'n bezoek en dan kan de Polgarmeister verordonneren dat men het jaar daarop voor straf per bus (zonder airco) naar Boedapest moet om het parlement te bezoeken (zonder drank).
De burgemeester past op ons huis en maait het gras. Daarvoor moet hij elk jaar geld hebben en het is elk jaar weer afwachten of er geen verhoging komt. In mei wordt deze betaling gedaan. Aangezien de burgemeester geen enkel woord over de grens spreekt, verlopen de gesprekken altijd tamelijk moeizaam. Ook dit jaar moest er weer betaald worden. Dat gaat volgens een vast scenario: ik loop op zijn erf, roep hard JONAPOT (goedendag), dan komt de buurvrouw naar buiten, begint met haar armen te zwaaien, komt op mij af, zoent mij 2 maal (ze heeft een snor, dus schuurt wat), brabbelt wat, daarna moet ik oma nog een hand geven, die in het Hongaars vertelt dat ze inmiddels 92 is (zij staat in een hoek van 90 graden want rugklachten). Dan komt de burgemeester naar buiten, schudt de hand en naar binnen. Palinka (de plaatselijke zelfgemaakte genever)? Nem kuszunum (neen dankuwel, daar word ik blind van), wijntje? Jo (dat is goed). Daarna begint het tellen van de bankbiljetten: 150.000 forint. Rond de 100.000 begint hij al bedenkelijk te kijken. Ik ook denken: wat zou er nu weer aan de hand zijn; ik vermoed: inflatio. Na de 150.000 uitgeteld te hebben, vraag ik of het goed is. Er wordt een beetje droef gekeken. De vrouw brabbelt wat, de man ook; ik doe net of het niet begrijp. Daarna beginnen ze een grasmachinebeweging na te doen en het woord BENZIN te roepen. Ik begrijp het: de benzine voor de grasmachine is duurder geworden. Ik leg 5.000 forint op tafel. Niet genoeg dus. Nog 5.000 er bij. Ze knikken. We praten nog wat, voor zover dat lukt. Ik vertel ze dat HOLNAP (morgen) alles gemaaid moet zijn (maak dezelfde maaibeweging als zij hebben gemaakt hebben) en loop naar huis, onderweg nadenkend over wat ze volgend jaar kunnen verzinnen.
De foto is een tafereeltje in het dorp.

woensdag 9 juni 2010

Howe

Uneven Light of Day ("Alegrías", Howe Gelb & A Band of Gypsies) from eureka music on Vimeo.

Vandaag verkiezingen. Weinig tijd dus, maar nog wel een splinternieuw videoke van Howe en een Band of Gypsies gevonden. Vet nondeju!

dinsdag 8 juni 2010

Pratende Hoofden (2)


Het hoofd was helemaal leeg; Farizeeër Dzjek (zie 20/2 en 13/3) zat met z'n luchtmachtsnol veilig in de kazerne; Van Verstandverbijsteringsveldt had eindelijk de status, die ze in feite altijd al had: demissionair en ik had al meer dan 10 dagen geen televisie gezien. Een kampvuurtje maken en zorgen dat het vuurtje bleef branden, zodat de inhoud van de pan op temperatuur bleef en op smaak kwam. Zo hoort het.
Hout hakken is normaal m'n hobby niet; ik ben onhandig, dus er kan van alles gebeuren en daarnaast word ik er moe van. Edoch, wat hout hakken voor een knapperend vuurtje met daarboven een pan smakelijk voedsel, mag ik graag doen. Echter, ineens begon tijdens het hakken enige agressie los te komen. Wat was er toch aan de hand? Hoe kon dat? Nadere introspektie leerde dat ik dacht dat ik op het hoofd van Felix Oprottenberg (zie ook Leeghoofderij, 4 april) in aan het hakken was. Morgen zijn de verkiezingen, daarna nog een dag naar het pseudo-intellectuele geleuter van Oprottenberg luisteren, daarna de volgende terrorist. Ook weer een Dzjek: Dzjek van Gelder. Houdt het dan nooit op?

maandag 7 juni 2010

John Kennedy Toole


'Hedde gij da nog nie gelezen', vroeg Ties van de boekenauto op de Markt vol ongeloof? Nee, dus. John Kennedy Toole, Een Samenzwering van Idioten. Goede titel ook; deed me erg aan m'n werkomgeving denken. Hieronder eerst een samenvatting (bron: NRC boeken), daarna nog wat opmerkingen.
De Amerikaanse literatuur wemelt van de krankzinnigen en halve garen. Maar geen romanheld neemt zulke absurde proporties aan als Ignatius J. Reilly, de moddervette en pompeus pratende moraalridder uit 'Een samenzwering van idioten'. Reilly is een nachtmerrie voor zijn omgeving, maar de droom van iedere liefhebber van literaire komedie. Vanuit zijn smerige slaapkamer in een achterbuurt van New Orleans vult hij blocnote na blocnote met polemieken tegen de moderne tijd, die sinds de Middeleeuwen zou worden gedomineerd door 'de goden van Chaos, Waanzin en Slechte Smaak.' Maar dan wordt de aartsluie dertiger door zijn overheersende moeder gedwongen om werk te zoeken, en trekt hij een spoor van vernieling in de stad die zo ironisch de bijnaam 'The Big Easy' draagt. Nog meer dan een satire (de titel komt uit een citaat van Jonathan Swift) is A Confederacy een zedenkomedie. Het zijn de verschillende bevolkingsgroepen van New Orleans die op een hilarische manier te kijk worden gezet door de parade van hoeren, burgers en buitenlui die aan Ignatius voorbijtrekt. Tooles plot, die wemelt van de toevallige ontmoetingen en slim in elkaar grijpende verhaallijnen, is erop gericht om al die prototypische 'Orleanians' op elkaar te laten botsen. Het resultaat is een portret van de stad die geen Mardi Gras nodig heeft om de wereld op zijn kop te zetten, en een roman die door virtuoos gebruik van slang, 'jive talk' en komisch-hoogdravende Reilly-taal het beste van Twain naar de kroon steekt.
Genoeg complimenten. Inderdaad een waanzinnig goed boek. Meteen meedogenloos in m'n top 5 terecht gekomen. Maar waarom? Ik heb het boek in 2 dagen uitgelezen. Op 1 van die dagen sprak ik met een Amerikaans schrijversechtpaar in het verre en verwarde Hongarije. Het was meteen kermis. Style or contents, was de vraag. Stijl of inhoud dus. 'Style is the answer', antwoordde ik. Heisa in de tent. De vrouwelijke helft was van de 'stijl', de mannelijke helft van de 'inhoud'. We kwamen er uiteraard niet uit, want er valt niet uit te komen.
De volgende dag had ik het boek uit. Stijl of inhoud? Waarom was het zo goed? Waarom bleef ik maar aan dit boek denken en waarom denk ik er 1 maand later nog steeds aan? Het was de compositie; je komt uit de tunnel, deze keer geen donker somber riool, maar een prettig verlichte goed vormgegeven gang en als je deze uitkomt, wacht aan het eind het feest een onverwachte plot. Lezen dus.

zondag 6 juni 2010

Tollenaars


Tollenaar: hij die tolgelden int of als pachter laat innen; (bijbels) benaming voor de ambtenaren die ten tijde van Christus in Palestina de belastingen inden voor de Romeinen; zij gingen vaak onrechtvaardig te werk, zodat de benaming gelijk stond met die van afperser. Bron: van Dale, Groot Woordenboek der Nederlandse Taal. Elfde Herziene Druk.
4 Jaar geleden vroeg ik aan de bediende van een terras op het Inteeltplein, ook wel bekend staand aan als het Hippieplein oftewel het Wilhelminaplein in de middelgrote werelstad E., waarom hij in borrelglazen wijn serveerde. Deze vraag werd niet in dank afgenomen. Ik moest niet zeuren, het waren echte wijnglazen en de hoeveelheid was ook helemaal in orde. Een grote mond open trekken tegen een klant, betekent 4 jaar straf en dus geen bezoek meer aan het Inteeltplein en dus ook omzetverlies voor de Tollenaars. Dit jaar was het weer tijd om een kijkje te gaan nemen. Voor Marij een wijntje besteld en, jawel hoor, de hoeveelheid was nog minder geworden. Ik zei tegen de bediende achter de bar dat hij hij te weinig wijn in het glas had gedaan. Hij ontkende. Hij had een maatglaasje van zijn baas gekregen en daar mat hij de wijn in af, voordat hij de wijn in het definitieve glas gooide. Zo ver zijn de Tollenaars van het Inteeltplein aan het gaan: wijn afmeten. Na wat gezeur van de immer militante Limburger C. kwam hij later die avond nog vertellen dat hij er ook niets aan kon doen: orders van de bazen. Gisteren zijn we eens wetenschappelijk gaan onderzoeken hoeveel het precies is. Zie hieronder.

Juist ja, 0,7 DL. 1,0 DL is al erg, maar 0,7 DL betekent dus dat de Tollenaars van het Inteeltplein met al hun gezelligheid, festivalletjes, fietstclubjes etc. maar op een ding uit zijn: de klant zo veel mogelijk afpersen: 10 glazen matige wijn uit een fles! Helaas moeten de Tollenaars van het Inteeltplein wederom gestraft worden: 4 jaar onvoorwaardelijk, zonder vooraftrek.