donderdag 20 januari 2011

Pecs, 20 maart 1995 (2)

Rond 7 uur moesten we de trollenhut weer in. Opluchting alom; we gingen gourmetten op het nieuwe gourmetstel (hoogstwaarschijnlijk verkregen met Wereldbankgeld). Ik kon dus alles onder controle houden en eerst de anderen laten proeven. Als zij niet dood zouden neervallen, dan zat het wel safe. En zo geschiede! Tot 11 uur daar gebleven; hun nationalistische praatjes over Groot-Hongarije aangehoord met alles bij elkaar 2 inheemse borrels en 1 glas bier als ondersteuning.
Gelukkig mocht ik donderdagmiddag weer terug naar Budapest om B. te ontmoeten. Vrijdag tezamen naar Miskolc gegaan (zeer saaie stad met veel sociaal-revolutionaire bouw) om daar een geslaagde lezing van een uur of 4 te geven. B. had ook succes en dus was het in de trein terug zowaar gezellig mede door B.'s tolk (een voormalig Hongaars kampioene kogelstoten van 1.92 meter, waar we in het begin erg bang voor waren, vooral als ze met haar tas begon te zwaaien).
Morgen staat ons een zware dag te wachten; 's morgens een lezing en 's middags worden we naar Szeged vervoerd. Op zich is dat niet zo'n ramp (mooie stad met prima mensen om mee samen te werken), maar dit gebeurt wel door voornoemde heks uit Kecskemet en deze, op zich niet lange rit, gaat 3 tot 4 uur duren. Zij spreekt allen maar Hongaars en dat beheersen we niet; bovendien mogen we onderweg niet eten, drinken, lachen of tekenen van gezelligheid vertonen. Naast bovenstaande regelgeving is onze chauffeuse ook nog behept met het-zich-op-irritante-wijze-aan-de-snelheid-houden-of-zelfs-daaronder-zitten-syndroom.
Wederom een kruistocht dus. Maar goed, ook dit zullen we overleven.
Moge de Heilige Maagd Moeder Gods alsook de timmerman zich over U en de Uwen ontfermen.