woensdag 17 juli 2024

Divin'

Zaterdagavond in november, druilerig weer, net redelijk flink geborreld en gegeten, dus tijd om af te zakken naar ’n dive bar, in dit geval de Caravelle aan de Geldropseweg. Ik was er al ’n paar keer geweest en de Caravelle is bepaald geen feestbar. We kamen bij de Caravelle, er brandde licht achter de wit-gele doorzichtige gordijnen en er zaten ook mensen binnen. Na wat gemorrel aan de deur, kwam de eigenaresse om het slot om te draaien en meteen te vertellen dat er alleen maar cash betaald kon worden. Mieke, zoals ze heette, was ’n klein vrouwtje van ’n jaar of zestig (kan ook 50 0f 70 geweest zijn). We liepen de bar binnen. Naast Mieke waren er nog 4 nog 5 andere gasten.
Enfin, we liepen dus naar binnen en gingen aan de bar zitten. Een oorverdovende stilte van 30 seconden brak uit. De andere mensen aan de bar moesten even wennen aan het idee dat er vreemden hun territorium binnendrongen. De muziek stond zacht, zodat elke kuch, elk woord gehoord werd. Dit is dus meedogenloze stilte, dacht ik. Dit maakt je onzeker. Je dringt ’n ander territorium binnen: you’re out of control, je bent geen ‘gelijke’, je moet eerst goedgekeurd worden.
Mieke begon eigenlijk meteen na die 30 seconden aan ’n onderzoek: '‘volgens mij ken ik jou wel, volgens mij bende gij ’n muzikant’. Ik antwoordde haar dat ik geen muzikant was, maar vroeger wel eens in haar bar was geweest. Daarna begon het vervolg van het verhoor. Men moet toch het terrein afbakenen; de vaste klanten zijn de baas, voelen zich thuis in hun eigen troosteloosheid en dulden eigenlijk geen buitenstaanders en zeker niet zonder dat men op de hoogte is van de achtergronden van de ‘indringers’. Typisch wel voor ’n dive bar. Men vlucht uit de eenzaamheid naar ’n veilige plaats op zoek naar enig sociaal contact, maar buitenstaanders worden in eerste instantie eigenlijk niet geduld. Enfin, het spel ging verder: welke relatie Truus en ik hadden, welk stadsdeel we kwamen, welke kroegen we in de buurt kenden enz. Allemaal om de indringers ergens te kunnen plaatsen.
Mieke schrok er niet voor terug om ook haar waardeoordelen naar voren te brengen: ‘wa kijkte gij snibbig’, ‘gij kijkt of ge veul het meegemaakt’, 'als ik naar oew ogen kijk, zie ik eigenlijk niks, ge kent er nie doorhinne kijkuh’. Dit alles nog geen 10 minuten naar onze binnenkomst. Aan de overkant zat een man te zwijgen boven zijn biertje; hij had ’n zilvergrijze coltrui aan en leek zich gewassen te hebben, waarschijnlijk omdat het zaterdag was. Normaliter zag hij er uit zoals ’n old school metaalarbeider er uit moet zien; onder de olie en het vet, vettige overall en altijd kijkend met ’n lege, licht ontevreden blik.
Het zeil werd van de biljarttafel afgehaald en 2 andere mannen begonnen hun partijtje … zwijgend! Inmiddels werd duidelijk dat Jan Denis de bindende factor was. Jan Denis was ’n kroeg waar je vroeger (1973) voor 5 gulden 10 biertjes kon verorberen. De biljarters werden opeens ook gesprekspartner; beiden bleken daar in het verleden ook vaak geweest. Toen volgde de leeftijdcheck: de ene was 57 jaar, de ander 77 en ik 67. Dus we hadden elkaar daar waarschijnlijk nooit getroffen.
Off topic, maar ook ’n vorm van diving: de laatste eigenaar van Jan Denis heeft zich met zijn rolstoel vol bakstenen het kanaal ingereden en is ook overleden. Een andere vaste klant, een enorme dikzak is ooit met zijn zatte kop de Dommel in gelopen en moest er door de brandweer met groot materieel uitgetakeld worden.
De scan werd verder doorgezet; Ad van Meurs (bekende Eindhovenaar in de muziekscène en inmiddels overleden) kwam tot ’n jaar of 5 geleden ook vaak in de Caravelle en werd ook ’n bindende factor. Ad was aan de ‘buitenkant’ zeker niet de vrolijkste, maar wel iemand die belezen was, muziek begreep, maakte en propageerde, maar op zijn manier ook behoefte om af en toe te ‘diven’, de triestheid van het bestaan op te zoeken en daadwerkelijk te ondergaan.
Naast Mieke, de slotenmaker, de 2 biljarters zat er nog 1 vrouw aan de bar, waarschijnlijk de partner van een van de biljarters. Zij hulde zich de hele sessie in stilzwijgende acceptatie van haar droeve lot. Na nog ’n wodka-tonic (Mieke moest even zoeken naar de Wodka, want er kwamen normaliter nooit klanten die vreemde dranken zoals wodka dronken) en nog ’n verdere ondervraging over mijn herkomst uit Gestel en wat ik dan precies te maken had in Stratum, besloten we te vertrekken. Truus stond haar jas aan te trekken en ik liep even ’n paar meter van mijn plaats om het rookhok te bekijken (nog ’n restant van 10-15 jaar geleden). Ik zei; is dit het rookhok?’ Mieke antwoordde op haar inmiddels bekende manier kortaf:’da witte gij ok wel jonguh’. Met andere woorden: hier worden geen open deuren ingetrapt. Dat is dus ook diving: no nonsense, weinig medelijden, maar op de een of andere manier hebben de divers elkaar wel nodig, al kunnen ze dat maar moeilijk laten blijken.

Bert

Bert sloot de winkeldeur en de deur van zijn slotenmakersbedrijf rond ’n uur of 6. Het was zaterdag en morgen dus ’n vrije dag. Dat maakte Bert eigenlijk weinig uit. Elke dag was wel zo’n beetje hetzelfde. Het enige verschil met de rest van de week, was dat hij zaterdag altijd in bad ging. Zijn vrouw, Annie, ging altijd op zondag, dus dat was geen probleem. Hij woonde boven zijn bedrijfje en slofte de trap op naar boven. Annie lag in haar vaalrode trainingspak voor de TV te slapen. Eerst maar eens eten. Dat was gelukkig makkelijk vandaag; er stond nog ’n restje jus van gisteren en daar konden ze hun witte boterhammen doorheen halen en daarna nog ’n bakje yoghurt. ‘Annie, hedde gij zin in botterhamme mè sju?’ Annie was langzaam kaal aan het worden; daarnaast was zij erg bleek en had een pokdalig gezicht en een grote rode neus; zij zou niet misstaan hebben in ’n schilderij van Pieter Breughel. Annie schrok wakker: ‘makt mij allemoal gin flikker uit, als ik mar te vrete heb.’ Annie leidde ’n soort plantaardig bestaan en wilde eigenlijk niets meer.
Bert dacht even na over zijn vrouw; Annie was inmiddels 63 en eigenlijk snapte hij niet dat hij ooit met haar getrouwd was, maar ja, het was nou eenmaal z’n vrouw. Eigenlijk communiceerden ze al 30 jaar niet meer. Verder gingen z’n gedachten ook niet. Bert warmde de jus op en riep zijn vrouw. Zwijgend doopten ze hun boterhammen in de jus. Toen de yoghurt op was; Annie kwijlde hierbij lichtjes, verdween Bert naar de badkamer, alwaar hij het bidet vol liet lopen. Hij ging op de rand zitten, pakte ’n washandje en veegde al het vet en viezigheid van z’n lijf. Net als elke avond, zou hij rond 8 uur naar de Dive bar gaan, ’n café even verderop in de straat. Vroeger ging Annie altijd mee, maar de laatste 10 jaar slechts zelden, omdat zij in de war raakte van de drukte en drank en eigenlijk nooit zin had om tussen de mensen te zijn; ‘ik stop er mee Bertje; ik wor dur keigek van’. Bert hoefde niet lang na te denken over wat hij aan moest trekken: het was november, dus dat werd z’n bruine corduroy broek met z’n zilvergrijze coltrui.
Rond 8 uur zei hij tegen Annie, die inmiddels onder ‘n deken op ’n stoel in slaap was gevallen: ‘ik naai er uit, Annie, ik zie wel hoe loat ik thuis kum.’ Annie antwoordde niet en vegeteerde verder in haar hersenloze slaap. Hij liep de naar de Dive bar en klopte op de deur. Hij ging op zijn vaste plaats zitten. Sjef en Nel waren er ook, evenals Fritske. Mieke tapte ’n biertje en zette het voor de neus van Bert met de vraag: ‘en … hedde gij nog wa te liege?’ ‘Nee, hillemoal niks.’ Sjef, Fritske en Mieke hadden het over de energieprijzen en ‘die kutrussen’. Bert interesseerde het allemaal niets. Bovendien kon en wilde hij niet denken: ‘ut zal menne tijd wel dureh’. Rond 11 uur werd er gemorreld aan de deur; 2 vreemden, een man en een vrouw stonden aan de deur. Bert, die hier toch elke dag zat, kende ze niet. Ze zagen er ook ’n bietje roar uit, het waren misschien wel hippies of zo, of drugsgebruikers. Mieke was gelukkig al vragen aan het stellen; ah, ze kwamen gelukkig wel uit Eindhovuhhh, alhoewel … kwam da wijf nou uit Amerika, da ken toch hillemoal nie als ge zo goed Nidderlands proat. De man kwam in ieder geval uit Gestel, mar wa moet ie in Strattum? Bert kon het allemaal niet meer volgen en daalde af in zijn mentale troosteloosheid; dat was zijn comfort zone. Sjef en Fritske waren inmiddels aan het biljarten geslagen. Bert zat wat te doezelen in zijn diep mentaal vertraagde comfort zone, toen hij ineens de naam ‘Jan Denis’ hoorde. Efkes opletten dus, want die had hij ook gekend, maar het gesprek ging te snel voor hem. Hij staarde de indringers even aan en toen een van hen terugkeek, vluchtte hij weer in zijn comfort zone, starend in zijn eigen biertje. Hij hoorde in de verte nog wel ’n bekende naam, Ad van Meurs, maar kon niet alles verstaan. Was er iets met z’n oren? Maar niet over nadenken. Gelukkig gingen de man en vrouw na 3 kwartier weg. Het was weer veilig. ‘Was toch bitter zo, al die vrimdemensuh, ge wit ut nooit.’

woensdag 27 juli 2022

CAL - AZ - COL - UT

Sound on! Movie: Madeleine; Music: Calexico

dinsdag 14 december 2021

Mag ik ’n indiaan nog wel ’n indiaan noemen; ofwel tijd voor re-WOKE!

Een vriend van mij was bezig met de opname van een nieuw album. In een van de Nederlandse-talige liedjes kwam het woord ‘Indiaan’ voor. Hij stelde zichzelf de vraag of dat tegenwoordig nog wel kan: een Indiaan een Indiaan noemen? Hij dacht dat hij hiermee problemen kon krijgen, gezien de huidige WOKE-terreur. Hij vreesde voor het WOKE tribunaal te moeten verschijnen en wist niet wat te doen. Wat zijn alternatieven voor het woord Indiaan? Roodhuid (ook fout volgens WOKE); native American (past niet in ’n Nederlandstalig liedje); oorspronkelijke bewoner van Amerika (‘Er liep ’n oorspronkelijke bewoner van Amerika met ’n banaan’ in plaats van: ‘Er liep ’n Indiaan met ’n banaan’). Lijkt me ook niet echt ’n goed idee. Als we bovenstaande vanuit de huidige WOKE-cultuur gaan extrapoleren, blijkt dat je enorm op je woorden moet gaan passen, want er ligt vaak wel ’n WOKE-ethicus op de loer om je meedogenloos te cancellen. En als je ‘gecancelled’ wordt, dan is het vrijwel onmogelijk nog in sommige omgevingen te verschijnen. Ik denk dat het tijd wordt voor een nieuw ethisch reveil waarin de huidige WOKE- en CANCEL- cultuur eens tegen het licht wordt gehouden en misschien een nieuwe, wat meer realistische definitie krijgt. Ten eerste is WOKE ’n beweging die vooral gevoed wordt door de zogenaamde ‘linkse kerk’. Deze bestaat uit de Amsterdamse grachtengordel (totaal niet WOKE, want het merendeel van de grachtenpanden zijn gefinancierd met geld uit de slavernij). Onder andere Groen Links burgemeester Halsema woont in ’n pand dat met gelden van de West Indische Compagnie gebouwd is. Dezelfde Halsema vindt ‘het vervelend dat ze in ’n pand woont met zo’n akelige geschiedenis’: niet WOKE dus. Cancellen! Groen Links, PvdA, In de Rode Hoed, VARA, VPRO zijn voorbeelden van exponenten uit deze sociaal-culturele elite. De ‘linkse kerk’ doet niets anders dan elkaar bevestigen in hun denkbeelden. De ‘linkse kerk’ is zogenaamd liberaal en geëmancipeerd, maar duldt op geen enkele manier dat mensen er andere normen en waarden op nahouden. Impliciete dictatuur dus, die doet denken aan bijvoorbeeld de huidige Russische of Chinese machtswellustelingen: als je het niet eens bent met het regime ben je machteloos en verdwijn je in een 21ste eeuw Goelag Archipel ofwel anders gesteld: gecancelled en dus geïsoleerd. Een kans om terug te keren in je oorspronkelijke veilige cocon is er niet: je ligt er uit en kan niet meer terugkeren. Een ander argument is dat men aan het doorschieten is. Er worden geen vraagtekens gezet, er is geen discussie mogelijk; de enige ontwikkeling die zichtbaar is, is dat men alleen maar extremer wordt en dus polariseert. Dit gebeurt vaker met sektes; men sluit zich op, distantieert zich van de werkelijkheid en wenst alleen maar bevestigd te worden door sektegenoten. Luisteren of in discussie gaan met andersdenkenden is uit den boze en bovendien onmogelijk omdat na cancelling iemand uitgestoten, verworpen en tot persona non grata verworden is. In Nederland WETEN we misschien wel veel, maar de tijd nemen om het te BEGRIJPEN en op basis daar van ’n VISIE te ontwikkelen is al lang passé, laat staan dat we die visie ook nog in de praktijk gaan VORMGEVEN. Vaak wordt de schuld gegeven aan de snelheid van de multi-media kanalen, maar dit is slechts ’n mager excuus: anderen de schuld geven dat je niet meer wilt nadenken. Men zou kunnen stellen dat de normen en waarden in Nederland zijn geëvolueerd in de slechte zin des woords. Nederland is inderdaad Hufterland nummer 1 geworden: korte lontjes, mentale en fysieke verruwing. Dit alles is het gevolg van de luxe en decadentie waarin wij ons bevinden zonder het te beseffen en ook zonder er ‘blij’ van te worden. De ‘linkse kerk’ die veelal financieel zijn (oh, sorry) of haar (nu ben ik gelukkig weer WOKE) schaapjes op het droge heeft, kan schijnbaar niet omgaan met al die luxe en decadentie. Men heeft alles al, verveelt zich, alles en iedereen is wel zo’n beetje geëmancipeerd (behalve de ‘bejaarden’ dan volgens WOKE adept avant la lettre -dat dan weer wel- Hedy d’Ancona) en dus hebben we niets meer te zeuren. De rol van Vrij Nederland en de Groene Amsterdammer is uitgespeeld en niet meer relevant, dus men moet zelf wat verzinnen om de pseudo-intellectuele geesten nog zin te geven in het leven. Alweer decadentie en luxe dus. En dan ‘rechts’: Baudet en Wilders zijn de cancellers avant la lettre pur sang. Al langer cancellen ze de islam, Marrokanen en alles wat in hun ogen niet ‘raszuiver’ is. Zieke, geperverteerde geesten, totaal niet in realistische oplossingen denkende populisten. Men zou veronderstellen dat de pseudo-intellectuele ‘linkse kerk’ hiervan geleerd zou hebben, maar vergeet het maar: de linkse elite zwelgt zichzelf nog steeds in hun eigen wereldje van achterhaald 70-er jaren idealisme en CANCELLED er zelf ook lustig op los: altijd maar gelijk denken te hebben. Als je de vraag stelt: wat zijn de overeenkomsten tussen het Nationaal Socialisme in Duitsland en Nederland, het fascisme in Italië en het communisme in Rusland in de jaren ‘30 van de vorige eeuw, dan kom je tot schrikbarende conclusies. Zoveel scheelden deze ideologieën niet van elkaar in het WOKE en niet-WOKE bestempelen van gelijkgestemden of andersdenkenden. Weinig veranderd dus en wat erger is: niets van geleerd! Treurig om te stellen, maar de Amsterdamse Groen Linkse WOKE fietskar berijder is niet heel erg verschillend van de gemiddelde aanhanger van de NSDAP in de 30’er jaren of Baudet adept. Uiteraard wel qua gedachtengoed, maar niet qua cancelgedrag en daar moet maar eens ’n keer over nagedacht worden, want waar de politiek en de sociaal-culturele elite aan het cancellen slaat, volgt het volk al snel, of sterker: dit gedrag wordt meedogenloos gekopieerd en dreigt gemeengoed te worden. En als dat zo is, dan doe ik er zelf ook aan mee! Eigen schuld … of toch tijd voor re-WOKE?

zondag 25 augustus 2019

Backyardin'

Backyardin’

Dit zou de trip van het backyarden worden; die vreemde verzameling staten ’n beetje beter van binnen leren kennen. Wel redelijk gelukt, door de insteek niet in motels te slapen maar in de laagste Airbnb-regionen. Geen plan of action, gewoon kijken wat er is en de minst gevaarlijke kiezen. Niet te veel geld uitgeven aan slapen –toch elke avond wel een bezoekje aan een of andere venue of muziektent. 
Memphis; Airbnb-first timers: Shane had het niet zo op ‘mensen van buiten’; zijn vriendin was wat opener. Enfin, na ’n uurtje of wat vond ik mezelf terug vrijwel in de backyard met een vrouw van ruim 100 kilo voor m’n neus, die met een afwasborstel op haar benen zat te slaan. Haar doorbloeding in de benen werkte nauwelijks meer nadat ze ergens in februari een auto over haar benen had gehad. Wel schrijnend om te zien, maar ze kon er mee overweg. Geld om het door het ziekenhuis op te laten lossen, was er niet. Shane en Cimmone waren inmiddels bezig om hun eventuele optreden in een of ander talentenshow uit te leggen en beelden. Was ook wel schrijnend en aan andere kant ook niet. Ze lieten wel hun geloof in the American Dream zien. Ze vonden ons inmiddels ‘great’; Shane was even van zijn vreemdelingenvrees af. Ondanks dat hij die dag ontslagen was, zag hij het leven niet somber in: morgen ergens anders solliciteren als dieselmotormonteur en alvast wat stickers op zijn Pick Up truck geplakt dat hij ook als zefstandige opgeroepen kon worden. Zo gaat dat: the show must go on. 
Shane was nog nooit buiten zijn county geweest. Hij vroeg ons voordat we vertrokken waar de volgende stop was: Louisville, zo’n 400 km verder. Hij reageerde verschrikt of we wel wapens bij ons hadden en de messen wel geslepen waren. So it goes.
Berea, Kentucky, ’n paar dagen verder. Theresa was een vrouw van 65-70 jaar, wonend in the middle of nowhere. Haar huis stond ’n paar honderd meter van de –daar toch al nauwelijks bewoonde wereld- midden in de bossen. Ze woonde daar met een bejaarde Duitse herdershond. Ze werkte nog steeds als therapeute. In haar boekenkast zag ik boeken staan over hoe High Sensitive Persons in elkaar schijnen te zitten. We hebben het niet over de HSP’ers gehad, alhoewel ik haar als ervaringsdskundige wel wat adviezen had kunnen geven. Ze was intellectueel breed onderlegd, dacht na over de staat van het land en kon goed vertellen. Had ook ’n tijd in Europa gestudeerd en rondgezworven, dus keek met ’n andere bril naar de wereld als Shane uit Memphis. Ze kon het wel waarderen dat we op zoek gingen naar de banjo roots in het gehucht Tomahawk. We hebben nog onderzocht of Tomahawk in een dry county lag, maar kwamen er niet uit. Barea was semi-dry. Als er ergens meer dan 60 personen binnen konden, mocht er alcohol geschonken worden. 


Bible beltin’: Pray until something happens …

In Barea staan veel kerken, heel veel voor zo’n klein dorpje: 19 op nog geen 4.000 inwoners. Ook Amis in de buurt van dit dorpje, die iedere dinsdag en vrijdag hun groente en fruit kwamen verkopen. Ze zien er toch anders uit, die Methodisten en Baptisten: de Veluwe 1930. Braaf, de tuinen waren netjes onderhouden, de kerken zagen er verzorgd uit. Het plaatselijke college met al zijn vestigingen bepaalden het beeld. Ook netjes. Er zit ontegenzeggelijk geld in dit dorp. Het college was gesloten vanwege Summer holiday: ik moest denken aan de studenten die hier de rest van het jaar hun leven slijten in de dormitories, die er weliswaar goed uitzagen, maar wel omgeven waren door kerken. Er waren geen bars, alleen een chic hotel voor de kapitaalkrachtige protestantse pensionado’s en nog een vage zuid-oost Aziatische eettent, zonder een zuidoost-Aziaat, maar wel met bier. Ik vroeg me af hoe het moest zijn om hier je leven als student door te brengen. Geloof compenseert waarschijnlijk veel.
We moesten onderweg even van de highway af om wat te regelen, het was zondag. We stopten ergens in ’n dorpje en toen we rondkeken stonden we op de parkeerplaats van een kerk die net uitging. Het was een black church: de dominee stond net z’n gelovigen uit te laten. De stemming was goed bij de gelovigen: de afro-americans hadden waarschijnlijk weer lekker gegospeld die morgen. Mijn oog viel op het bord voor de kerk: Pray until something happens. Daar kunnen een dominee en God zelf blijkbaar mee weg komen: Pray until something happens … 

Tomahawk KY, Stidham Old Music Gathering

Er was dat weekeinde maar 1 festival wat voldeed aan onze wens: some roots banjo & fiddlin’. Tomahawk lag midden in ’n dry county: geen alcohol dus. Ook niet op het festival. Een soort Oostenrijks doorrijdorp: schoon, netjes, stil, heuvels., maar zonder bier. Het was er, zeg maar ‘bijzonder’. Druk was het er niet, iedereen wist wat hij of zij moest doen en het kabbelde voort. De bezoekers en muzikanten waren weinig uitbundig, maar dit was wel hun ‘ding’, dat was duidelijk. Op de voorporch werd een violin workship gegeven inclusief de historie van de country violin. In the backyard vond het festivalletje plaats. Maximaal 100 bezoekers, geen rednecks helaas, die zitten dan wat meer in het zuiden. Brave gelovigen en wat niet-criminele inteelt. De meth was hier ver te zoeken. God schijnt ook ’n soort meth en drank te zijn. Het was wel roots, we waren de eerste mensen van buiten de county, denk ik, en we werden met rust gelaten. Ontroerend was wel om te zien dat kids van 10 -12 jaar oud hun classics al konden spelen.
Dieptepunt: toch even op zoek naar bier. We verlieten het festival en kwamen in een dorp 10 km verder terecht: het was goed weer, 5 uur ’s middags en tijd tijd voor ’n biertje. Ik zag het woord Bar staan en stopte. Bij nader inzien bleek het een Dairy Bar te zijn. Melkproducten dus. Ik moest bijna huilen. Ik liep naar ’n paar jongens die in de buurt stonden: de dichtstbijzijnde bar was 30 mijl ver. Maar naar een tankstation gereden ’n half uur verder en daar wat biertjes gedronken. Toen weer terug: ook met de bekende bruine zak om je blikje bier kwam je niet binnen. 


Chicago & Memphis

Milwaukee Street, daar werd ik helemaal blij van: feelgood straat met flink veel dynamiek, ’n beetje exemplarisch voor Chicago. Talkings Heads werd gedraaid in de kroeg die ik meteen al had gespot. En jawel, het ging zoals het het moet gaan in een USA-bar: no nonsense barpersoneel en het tempo er in houden. Chicago werd voor mij de favoriete big city: NY vond ik te opgefokt en SF weet ik eigenlijk niet, wat ik daar van vind. 
Downtown, Midtown en de woongebieden gaan logisch in elkaar over. 
Voor de 2dekeer in Memphis; Memphis is wel de stad van de loose ends, alles ligt verspreid. Beale Street is verworden tot een slechte kermis, inclusief het volk dat daar op afkomt. Achter die facade schuilt dan weer een muziekscene verspreid over de hele stad die mij al 2 keer heeft verbaasd: old skool punkers in een huiskamerbar, Mexicaanse band waar iedereen aan de dope zat, maar keihard knalde en alles wat daar tussen zit.

Johnny, Elvis & Stevie

Sun Studio, Memphis. Graceland, de Mississippi blues roots hadden we al ’n jaar of 4 geleden al gedaan. Tijd om de cirkel rond te maken. Hier was het dus allemaal begonnen. De rondleiding was best wel om te doen; het meisje pleegde weinig inbreuk op mijn autoriteitsstoornis. Ze vertelde haar verhaal met passie, maar zonder het gehyp dat in NL zo irritant aan het worden is. Vreemd om in het gebouwtje te zijn waar Elvis, Johnny Cash, J L Lewis, Carl Perkins en Sam Philips hebben rondgelopen. En ook vreemd om te horen hoe It’s All Right Mama is geboren en ontroerend om even op de plaats te staan waar Elvis ook stond. Tikte er flink in. Buiten nog even ’n colaatje gedronken, want was toch wel ’n plek waar je wat langer wilde blijven. Net zoiets als in ’n café staan te oudehoeren met een vrouw tegen sluitingstijd en eigenlijk geen afscheid wilt nemen.
Motown, Detroit. Minder emotie of niet; weet het eigenlijk niet. Motown was meer sociologische emotie. Motown is ooit de grootste black company geweest. Motown was natuurlijk in eerste instantie muziek, maar ook ’n vorm van de zwarte emancipatie in het begin van de 60’er jaren. Ze waren er blij van daar in Detroit. Detroit swingde op straat, maar ook veel rassenrellen. Blijft toch ’n vraagstuk daar, die segregation. 
Het waren vooral de blacks die indruk maakten voordat ze het pand ingingen: er was Motown muziek te horen en als er dan 600 kilo verspreid over 5 big mama’s en papa’s aan kwam swingen in witte trainingspakken en gouden kettingen, zag je weer even hoe blij sixties northern soul kan maken.

St. Louis, Detroit & Ypsilanti

Geen steden waar ’n normaal mens terecht komt. St. Louis schijnt de barometer van de USA te zijn (politiek gezien dan). We kwamen terecht in Zentrilia, zoals de mentaal gemankeerde Zen-nicht zijn Airbnb nichtenkeet had genoemd. Er lagen wat verveelde Zuid-Amerikaanse en Italiaanse verwende nichten half ontkleed in de gemeenschappleijke ruimte verwend te zijn. Voor de rest maar geen gesprekken aangeknoopt; er hing ’n rare sfeer. Spullen snel gedumpt en ff rondgelopen, uiteindelijk ’s avonds in een bar terecht gekomen, waar het was, zoals het moet zijn: blacks and whites, muziek en iedereen vond elkaar ok. Zo kan het dus ook. De bareigenaar vertelde dat hij trots was op z’n schepping. De bar deed me denken aan de bar waar Robert de Niro en Harvey Keitel in Mean streets binnenlopen onder Jumpin’ Jack Flash en het wel duidelijk is dat Johnny Boy (de Niro) weer voor een hoop heisa gaat zorgen. 
Detroit is het Delfzijl van Amerika, maar dan groter, armer en veel zichtbaar verval. Sinds de car manufacturing daar op z’n reet ligt, is het ’n soort ghost town geworden. Leeg, groot, ’n vrijwel verlaten downtown, groepjes aan lager wal geraakte mensen rondhangend bij de liquor store. Hier zie je hoe de USA voor de minder bedeelden zorgt: vrijwel niet dus. Nog niet eens in de echte slechte areas geweest. Ik werd een lopende sigarettenautomaat daar. 
Ypsilanti. Uurtje rijden van Detroit. Op bezoek bij Davy. Als er dan een barometer voor Amerika is, dan is het voor mij Ypsilanti. Tijdens de laatste burgemeesterverkiezing was het belangrijkste issue: geen of wel Chinees industrieel imperialisme in ons stadje. Uiteindelijk werd gekozen voor geen Chinezen ofwel geen werkgelegenheid. Eigenlijk ook ’n metafoor voor de tegenstelling Republikein versus Democraat. 
Ypsilanti en Detroit liggen in Michigan en Michigan was altijd een Democrat state. Bij de laatste verkiezing werd het voor het eerst ’n Republican state: Trump did not win the election, Clinton lost.



dinsdag 28 augustus 2012

Verder Voorwaarts

Tijd voor een nieuw blog! Vanaf nu niet meer moedig voorwaarts, maar

http://verdervoorwaarts.blogspot.com

Zie maar.

maandag 18 juni 2012

Nog 'n uur

mogen de mennekes bezig zijn. Het is nu maandag 20.00 uur. De hardcore-metal kids uit de Kempen en Weert en omstreken, ofwel de toekomstige werktuigbouwkundigen die de economie de komende jaren draaiende moeten houden, zijn nog steeds bezig met hun blikkenpersen die morgen op de beurs getoond moeten worden. Morgen komen de ouders, vriendinnen en noem maar op kijken naar hun prestatie. Mooie momenten; komt geen spretsjiet of manager aan te pas. Gefrees, gelas, geslijp, gezaag, gebonk, gesis, noem het maar op. De decibelmeter slaat regelmatig boven de 110. Keigezellig dus; de deeadline is morgen om 13.00. Zweet, olie, gevloek, technische wanhoop, mentale verduistering maar ook werktuigbouwkundig geluk als bijvoorbeeld een pneumatische aansturing eindelijk lukt.  Ik hoef verder niets te doen en daarnaast ben ik ook nog uitermate onhandig. Het is dat er vanuit de ARBO of een andere onzinnige regeling iemand bij moet zijn. Daarbij is het wel genieten om de mennekes zo geconcentreerd zelfstandig bezig te zien zijn. Als er een ledemaat wordt afgeslepen, lossen ze het zelf ook op; zo zijn ze wel. "Mogen we een lokaal verderop de lascabine in, want Wesley is hier bezig?" Als de jongens van prairies eenmaal bezig zijn, weten ze niet van ophouden.
Daar zit ik dan ... in een praktijklokaal constructie. Loop af en toe naar de verspaning om te kijken of er daar ongelukken gebeuren. Techniek ... eigenlijk nooit iets mee gehad, maar toch goed om mee te maken. 20.10 dus. Tijd om na te denken wat ik verder aan moet met m'n blog. Definitief stoppen dus. Er zit te veel ellende aan vast. Vorig jaar rond deze tijd begon de echte shit met Marij en de film start opnieuw in mijn hoofd. Er was toen nog hoop. Dit blog laat ik op het heilige internet staan om af en toe het verhaal van Marij en mijn andere gedachtenspinsels nog een keer te kunnen lezen. 3 Jaar redelijk produktief geweest. Geen vervolg op deze manier dus. Bovendien vond ik het een beetje statisch worden. In september begin ik met een nieuw digitaal experiment: meer dynamisch, meer verwarrend en met elke week een toespraak of misschien wel 2 en daarnaast natuurlijk een al dan niet heldere visie op wat er in mijn directe en indirecte wereld aan het gebeuren is. Het is 20.23. Nog een dik half uur.